top of page
Zoeken
Foto van schrijverMargreet Feenstra

Zelfvoorzienend leven deel 16 - De cirkel van het leven


De afgelopen dagen heb ik van acht uur ‘s morgens tot vijf uur ‘s middags in de tuin gewerkt. Naast het dagelijkse water geven, onkruid wieden, verspenen, potjes vullen, zaaien en oogsten (pluksla, rucola, handje kersen, koriander, bloedzuring, bieslook), heb ik de oude houtopslag leeggehaald. Die heeft E acht jaar geleden met gevonden pallethout in elkaar geknoopt en geschroefd.


Het verse stookhout voor de kachel droogde hier goed omdat de wind er mooi doorheen kon blazen. Maar een pareltje voor het oog was het niet, zo aan de rand van de boomgaard en de dijk. Zeker de laatste maanden niet. Tijdens een storm was een deel van de groene sneldekkers in stukken gebroken. En het hout van de pallets had zijn beste tijd gehad.


Afgelopen winter hebben we een houten tuinhuisje opgehaald, tien kilometer verderop, gratis uiteraard. Wel zelf te slopen. Dat kostte ons drie dagen werk, maar dan heb je wel een mooi voorraadje bouwhout, shingles, ramen en een dubbele deur. Van de latten heeft E een nieuwe houtopslag gemaakt, die hij stijlvol zwart heeft geschilderd. Het stookhout dat we nog over hadden na een winter hoogrendementskachel branden, heb ik met de kruiwagen daarnaartoe gereden.


Onder in de oude opslag liggen half verteerde pallets. Die wil ik verzagen met de cirkelzaag. Dat gaat best goed, ondanks het botte blad dat erop zit. Halverwege het werk houd ik even pauze, de leren werkhandschoenen leg ik op de opklapbare werkbank. Even met de pootjes omhoog in de luie stoel en een kop warme koffie. Stijf sta ik na een kwartiertje weer op.


Buiten trek ik de linkerhandschoen aan en ineens voel ik een steek. Au! Wat is dit? Een scherp flintertje glas? Ik voel het weer. Als een raket haal ik mijn hand uit het leer. Wat een gemene pijn! Die ken ik niet. Ik kijk naar mijn duim. Niets te zien. Voorzichtig kijk ik in het duimgat van de handschoen. Een bij! Nee, een hommel! Wat een joekel. En wat een rotgevoel. Au! Na een paar minuten trekt de felle pijn weg. Ik denk dat ik geluk heb, dat ik op tijd mijn duim heb weggetrokken. E keert de werkhandschoen binnenstebuiten. De hommel valt dood op het gras.


Ik zaag de rest van de pallets in stukjes. Uit het vlak donkere aarde dat eronder vandaan komt, hark ik de laatste, halfverteerde, stukken hout. Ik pak mijn voorraadbus met zaadjes uit de bijkeuken en strooi alle bloemzaadjes die we hebben, op het lege vlak. Zonnebloemen, margrieten, goudsbloemen, wilde bloemen mix, bloemenmengsel van een woonwinkel, zakje zaad uit een pluktuin… Ik schep wat compost in de kruiwagen, verdeel dit over het vlak en bewater de rechthoek grond. Het lijkt wel een vers graf.


Plotseling schiet me te binnen dat we onlangs een mooie rouwkaart hebben ontvangen met bloemzaad in het papier verwerkt. Ik zoek deze op en stop de kaart onder een laagje aarde. Ineens voel ik me volledig opgenomen in de cirkel van het leven: verrot hout, hommel dood, zaadjes zaaien, overlijden kennis, graf, nieuwe bloemen, nieuwe bijen… Alles wordt een, een wordt alles.


Lees ook wat er aan vooraf is gegaan in het boek 'Ik vertrek naar het platteland'.



Of begin bij Deel 1 van de serie blogs over Zelfvoorzienend leven


22 weergaven0 opmerkingen

留言


bottom of page