Nu het idee van zelfvoorzienend willen zijn me niet meer loslaat, als een korstje waar ik steeds aan moet krabben, vraag ik me af wat ik er zelf eigenlijk mee bedoel. Wat is zelfvoorzienend leven eigenlijk? Hoe wil ik daar invulling aan geven? En waarom zou ik dit überhaupt willen? Of ‘we’ eigenlijk, want E gaat er ook graag in mee.
Zelfvoorzienend zijn zie ik als volledig in ons eigen levensonderhoud kunnen voorzien, waardoor we minder afhankelijk worden van anderen. Zelf de energie opwekken die we nodig hebben, zelf eten verbouwen, zelf alles maken wat we in het leven nodig denken te hebben, financieel onafhankelijk zijn, zuinig zijn met grondstoffen.
Als ik dit zo opschrijf, weet ik meteen dat dat niet is wat ik wil, volledig zelfvoorzienend zijn. Dus daar gaan we al: een glijdende schaal nog voordat we goed en wel van start zijn gegaan.
Verworvenheden
Er zijn zoveel verworvenheden die ik niet wil opgeven, zoals autorijden, naar de bouwmarkt kunnen voor een schroefje, naar mijn favoriete kledingwinkel gaan, naar de huisarts kunnen als het nodig is, kant-en-klaar kattenvoer kunnen halen, kunnen overschakelen op een energieleverancier als het vijf graden vriest, op z’n tijd een cocktailtje kunnen drinken in het café.
We hebben met z’n allen een prachtig fijnmazig netwerk opgebouwd om in alle mogelijke behoeften te voorzien. Als ik er even bij stil sta hoe wij als mieren in een nest samenwerken om het dagelijks leven voor elkaar gemakkelijk te maken, zodat we zeeën van tijd overhouden om hele dagen naar kantoor te gaan, dan…
Want zo is het natuurlijk wel: omdat een ander mijn brood bakt, met meel dat weer door een ander is gemalen, dat weer door een ander is verbouwd, dat weer door een ander is geleverd, dat weer door een ander is veredeld… Nou ja, je snapt het nu wel, denk ik. Daardoor kan ik op dit moment in een comfortabele stoel in een warm en droog huis redactiewerk doen met een kop thee naast me.
Wat dan wel
Okay, maar wat wil ik dan wel? Hoe ver wil ik gaan in het streven naar zelfvoorzienendheid? E en ik werken al decennia naar stap voor stap financieel min of meer onafhankelijk zijn. Dat gaat bij ons inmiddels de goede kant op. We kunnen het ons nu veroorloven om met minder uren betaalde arbeid per week een prettig leven te hebben. Daarbij kiezen we allebei voor werk dat we belangrijk vinden en dat ons voldoening geeft. Maar bepaalde kosten lopen door, zoals de lokale en landelijke belastingen en de ziektekostenverzekering. We willen graag deel blijven uitmaken van de maatschappij en kiezen ervoor om hier gewoon mee door te gaan.
Een tevreden leven
Ter inspiratie op de weg naar autarkie ben ik onder andere het boek ‘Een tevreden leven’ aan het lezen, van Helen en Scott Hearing. Het gaat over een echtpaar dat zestig jaar zelfvoorzienend heeft geleefd. Ze beschrijven vrij gedetailleerd ieder aspect van hun levensstijl. Zo weet ik nu zelfs waar hun ontbijt, lunch en diner uit bestaat: een grote portie fruit, gewelde en verwarmde granen met soep en salade. In het boek beginnen ze elk hoofdstuk met een uiteenzetting van wat ze willen bereiken en van wat ze belangrijk vinden op het gebied van gezondheid, werk, vrije tijd, samenleven, voeding en inkomen vergaren. Daarna leggen ze uit hoe ze dit hebben gerealiseerd.
Door de gestructureerde en doordachte aanpak van Helen en Scott Nearing wil ik voor onszelf ook eerst eens op een rijtje zetten wat de wensen en mogelijkheden zijn. En dat blijkt nog niet zo makkelijk. Maar voordat ik dat doe, begin ik met het beschrijven van de goede gewoontes die we willen voortzetten.
1 Geen voedselverspilling
We willen alle voedingsmiddelen die we in huis halen opeten en opdrinken. Dat lijkt een makkie maar het schijnt dat we in Nederland ongeveer 33 kilo voedsel per jaar weggooien, gemiddeld. Die hoeveelheid willen we in dit huis laag houden en het liefst tot nul reduceren. Wij eten sowieso altijd de volgende dagen alle kliekjes op en mijn empty the fridge-maaltijden zijn een begrip in dit huishouden - met wisselende uitkomsten, geef ik toe. Als een product over de houdbaarheidsdatum blijkt te zijn, dan bekijk en besnuffel ik het, voer eventueel een test uit om meer zekerheid te krijgen, en probeer het soms gewoon. Meestal gaat het goed. Nog nooit ziek geworden van mijn eigen over-de-datumproducten. Bij mijn vader van 93 vonden we onlangs cajunkruiden die 24 jaar over de datum waren. Dat record moeten wij nog leren overtreffen. Ik heb het potje overigens meteen leeg gekieperd.
2 Tweedehands is de norm
Ook mijn reflex om eerst op marktplaats en in de kringloopwinkel te kijken om te zien of ik daar kan vinden wat we graag zouden willen hebben, zullen we voortzetten. Het geeft veel voldoening om spullen een nieuwe bestemming te geven. Er is zoveel te vinden, ook van goede kwaliteit. Ik geniet er echt van om tweedehands meubels, planten, lampen, gordijnen, boeken, apparaten, een tweede leven te geven. Zo heeft E onlangs nog een draagbare pick up met oranje deksel gekocht uit de jaren ‘70. Voor de gasten in ons vakantiehuisje. En als niemand kijkt ook een beetje voor onszelf. Veel van onze meubels, bouwmaterialen, gebruiksartikelen, boeken en prullaria zijn tweedehands. De meeste kasten hier in huis zijn antiek en dus van echt hout. Ik gruwel van de geperste plaat meubels van de discounters.
3 Repareren en zorgdragen
Of er nu een zelfgemaakt hek kapot waait, het maaidek van de zitmaaier versleten is of een veertig jaar oude mixer ineens stilstaat: E fixt het wel weer. Het repareren van onze eigendommen zullen we blijven doen. Het bespaart veel geld en we maken zo ook optimaal gebruik van de materialen die ooit in de wereld zijn gebracht. Daarnaast zijn we zuinig op onze spullen, wat de levensduur aanzienlijk verlengt. Dat betekent veel opruimen en schoonmaken, regelmatig een druppeltje olie toedienen, voorzorgsmaatregelen nemen en regelmatig controleren, kwalitatief goede kleding kopen en daar jaren mee doen.
Op het gebied van onderhoud kan ik nog een verbeteringsslag maken, bijvoorbeeld door altijd kluskleren aan te trekken als ik ‘even’ de tuin in ga of iets versjouw of poets; door met volledige aandacht en focus te klussen en beter na te denken over het juiste gebruik van het juiste gereedschap, door tussendoor nog vaker op te ruimen en spullen op hun ‘vaste plek’ terug te leggen.
4 Meer conserveren
Wat ik wil intensiveren is het oogsten en het langer bewaren van zoveel mogelijk fruit uit onze eigen boomgaard. In de eerste zeven jaar dat we hier wonen doen we ons best om alles tijdig te plukken, en we geven veel weg aan vrienden, familie, collega’s, kennissen, mede cursisten en toevallige passanten, maar vanwege de grote hoeveelheden is het verwerken van het fruit op de piekmomenten een pittige klus. Soms staat het me zo tegen om weer pruimen te rapen, te sorteren en te bedenken aan wie we de volgende tien kilo kunnen geven, dat we besluiten om direct naar de kliko te lopen en de emmer daar maar in leeg te kieperen. Iedere keer dat we de klep openen moeten we drie doldwaze seconden aan fruitvliegjes trotseren, maar dat is beter dan meer ratten, wespen en muizen in de boomgaard.
5 Goed met geld
E en ik zijn over het algemeen behoudend omgegaan met geld, zeker in de eerste 25 jaar dat we samen zijn. Een nieuwe aanschaf hebben we altijd uit eigen middelen gefinancierd, met uitzondering van de eigen woning. Maar ook daar hebben we er altijd voor gezorgd om zo snel mogelijk van de hypotheek af te komen. Hierdoor leven we in ons vierde huis hypotheekvrij.
Ook op het gebied van het inhuren van anderen zijn we terughoudend geweest. Wat we zelf kunnen, doen we meestal zelf. Ik voel me al bezwaard als de huisschilder de buitenboel op de slechtste en voor ons onbereikbare plekken komt bijwerken, omdat we dat vroeger zelf deden. Ook de administratie doen we grotendeels zelf. Abonnementen? Hebben we in beperkte mate. En zoals al eerder aangestipt, kan E het huis-tuin-en-auto-onderhoud voor een groot deel zelf doen.
Daarnaast laat ik me nauwelijks nog verleiden tot de aanschaf van modieuze waren, zoals gedicteerd door bladen, winkels en stylisten. E en ik kijken liever naar goede kwaliteit, fijne materialen en een lange levensduur. De euforie over een nieuwe aanschaf is van korte duur, is mijn ervaring. De eerste vlek of kras zit erop voor je het weet en tevredenheid zit niet in spullen maar in jezelf. Bovendien heb ik bij een overlijden haarscherp ervaren dat een mens met niets weer de aarde verlaat. Bezit heeft de betekenis die je er zelf aan geeft. Steeds vaker voel ik me een ‘housekeeper’ van de spullen om me heen. Het is maar een tijdelijke betrekking. Toch hecht ik wel aan spullen. Door de betekenis die ik eraan geef en door het verhaal dat eraan kleeft. Hierdoor zorg ik er ook goed voor.
6 Energieverbruik
In de zeven jaar dat we hier wonen, hebben we nog nooit stookhout gekocht. De zes tot acht kuub die we per jaar stoken om het huis te verwarmen, sprokkelen we overal vandaan. Dat betekent veel sjouwen, zagen, kloven, stapelen, verplaatsen, ophalen, gebruiken en weer doorgaan. Het lijkt wel een liedje van Herman van Veen. Door het stoken in een hoogrendemenstkacheltje besparen we veel gas. Gemiddeld vullen we ieder jaar een tank van duizend liter. Propaangas gebruiken we voor het warme water en af en toe voor het verwarmen van ons huis. Overigens ongelooflijk hoe weinig as er overblijft na twee weken stoken.
Door de 36 zonnepanelen op de daken krijgen we ieder jaar een klein bedrag terug, als we de vakantiehuisjes alleen verhuren tussen april en oktober. De huisjes worden volledig elektrisch verwarmd. Koken gebeurt hier ook met inductie en keramische kookplaten. We gaan bewust om met energieverbruik. Daarom geen lichten aan waar we niet zijn, deuren dicht om warmte binnen te houden, alleen verwarmen waar we verblijven, deksels op de pannen tijdens het koken, niet meer theewater koken dan we nodig hebben, et cetera.
Tot zover in grote lijnen de goede gewoonten die we willen voortzetten. Nu nog doelen stellen om het zelfvoorzienende leven verder uit te breiden. Daarover een volgende keer meer. Graag je reactie, tips, ideeën in de comments hieronder. Fijne buitendag!
P.S.: Ook een superleuk boek is Duurzaam en zelfvoorzienend. Het groene handboek voor de 21ste eeuw van Dick en James Strawbridge.
Lees ook wat er aan vooraf is gegaan in het boek 'Ik vertrek naar het platteland'.
Comments